Excuses
Sorry, echt sorry. Ik voel een grote drang om mij te verontschuldigen voor allerlei zaken.
Niet voor publicatie
Eerst omdat ik al zo lang niets heb gepubliceerd (al zullen sommigen daar eerder blij om zijn). Mijn laatste post dateert van augustus 2020. Lijkt alsof het gisteren was, wat mij betreft. Niet dat ik ondertussen gestopt ben met schrijven, neen. Alleen was ik niet standvastig genoeg om tot publicatie over te gaan, onzeker, labiel. Ik had, en heb, opeens het gevoel gekregen dat mijn opinies er niet toe doen. Dit verhindert het schrijven niet, alleen het delen.
In mijn hoofd heb ik de laatste maanden zeker drie volledige boeken geschreven. En dan vooral op de fiets, daar schrijf ik veel. Opinies, tekstfragmenten, prachtige ideeën, ze poppen zo op. Eens ter bestemming aangekomen zijn de gedachten, de zinnen, de rake opmerkingen grotendeels verdwenen. Soms komen ze terug, meestal niet. Lastig om er dan nog iets van te maken. Dit artikel is zo ontstaan, op de fiets.
Er is in mijn leven een “nieuwe mildheid” geslopen, niet in het minst door toedoen van mijn vrijwilligerswerk bij de vzw Meegaan. Die nieuwe mildheid is geweldig voor mijn interactie met naasten, maar het zorgt er ook voor dat de scherpe kant afgevijld wordt.
Er is zo veel radicalisme rondom ons, ik wil er geen meer bijgieten. Er is een race aan de gang naar het grote gelijk. Ook met corona, de (social) media zijn er vol van. We moeten daarbij allemaal een kamp kiezen. Vermoeiend.
Ik heb over alles een mening, dat verandert niet. Alleen, in plaats van die te verkondigen als de grote waarheid en de tegenstanders te verketteren, probeer ik te begrijpen waar andere meningen vandaan halen. Ik probeer, voor zover het mogelijk is, om mij in de andere te verplaatsen. OK, dat is de theorie. Dit is wat ik wil doen, hoe ik wil zijn. Lukt niet altijd, natuurlijk. Hoeft ook niet. Te veel begrip is ook niet goed. Een politieman die zijn knie zet in de nek van een hulpeloze man is fout, punt. Geen debat nodig, wat mij betreft. En zo zijn er ook nog voorbeelden.
Nu, die goede bedoelingen zijn wel mooi, maar, laten we wel wezen, ook een beetje saai. Niets zo boeiend als een ongezouten mening.
Begrip is niet voor publicatie vatbaar.
Niet voor de vrienden
Sorry aan mijn vrienden. Ik ben nooit een goede, trouwe vriend geweest. Te wispelturig, te afwezig, te weinig naar de andere gericht. Ik neem nooit initiatieven, ik ben een passieve vriend. En dan kan het wel wat verwateren. Een vriend is hondstrouw, ik ben volatiel. Sorry, R., J., R., S., D., H., D.,… Ik denk vaak aan jullie, ik denk vaak: hoe zou het ermee zijn, ik moet eens… Maar daar blijft het bij. Meestal. Ik kruip in mijn eigen vel en wacht. Ja, zo werkt het natuurlijk niet, het moet telkens van jullie komen, zeg!
Niet voor de fiets
Sorry, autobestuurders. Ik rij met de fiets op de straten, alhoewel iedereen wel weet dat de straat voor auto’s is bedoeld. Het feit dat u mij gedoogt, dat u mij nog niet van de straat hebt gereden is zeer lovenswaardig. Want zeg zelf, hoe vervelend is het niet als een fietser in de weg rijdt. Slecht voor de remmen, slecht voor het verbruik (ja, soms moet je wel vertragen, en dan opnieuw volle gas, niet simpel), en dan kom je ook juist die enkele seconden te laat ter bestemming.
Het ergste is dat de overheid jullie niet goed gezind is. Met die regels die jullie suprematie in vraag stelt: fietsstraten, wat dit weer voor iets? Naar het schijnt mogen jullie de fietsers daar zelf niet voorbijrijden, waar gaan we naartoe? En dan die onbegrijpelijke regel van anderhalve meter afstand? Wat moeten jullie daarmee? Logisch dan dat jullie geen andere keuze hebben dan mij rakelings voorbij te snoeven, soms zijn die verdomde straten ook zo smal, niet te doen, niet te doen. Ik zou beter gewoon thuis blijven. Of zelf de auto in kruipen.
Het probleem is … Ik weet het, egoïstisch van mij, maar ik rij nu eenmaal liever met de fiets, ik kan er niet aan doen.
En dan nog iets waar ik begrip voor moet leren hebben: een fietspad moet ook als parkeerplaats kunnen dienen. Logisch, waar moet je anders parkeren? Op straat? Je vindt het zelf vervelend als je moet vertragen, of erger, stoppen voor een geparkeerde auto. Dus best op het fietspad. Is ook minder verder lopen naar de voordeur. Dat ik dan met mijn fiets moet uitwijken (liefst op het voetpad, als die er is), het zij zo.
Niet voor de bijen
Sorry, buurman en -vrouw. Ik onderhoud mijn tuin niet goed. Mijn voor- en achtertuin zijn nogal een boeltje, niet goed voor het imago van de buurt. Ik ben een luie tuinier, schaamte…
Ik kan er niets aan doen, ik vind dat de natuur dat beter doet dan ikzelf. Ik heb een totaal zieke, verwrongen voorliefde voor ongecontroleerde natuur. Past natuurlijk niet, een tuin hoort klinisch proper te zijn. Ik weet het, je hebt gelijk. F*** de bijtjes, f*** de insecten, f*** klimaatopwarming, f*** watertekort, orde moet zijn!
Niet voor iedereen
Mijn excuses voor iedereen die dacht eindelijk excuses van mij te krijgen, maar niet vernoemd wordt. Ik kan mij inbeelden dat het voor u hard aankomt. Nu krijgt Marc het eindelijk in zijn kop om zich te excuseren voor wat hij u heeft aangedaan, en dan vergeet hij u, u die al die tijd gebukt gaat onder onherstelbare wonden die hij u toegediend heeft. Lap! Maar niet getreurd: laat maar iets weten, ik ben in een gulle bui, profiteer er van voor het te laat is.
Niet om te lachen
Ceci n’est pas du sarcasme?
Begrijp mij niet verkeerd. Of toch, doe maar. Maak er je eigen verhaal van, moet kunnen. Sorry als ik niet duidelijker kan zijn.
Mooi geschreven!